“Maar mijn kind is volkomen normaal”
Als je hoort dat je kind zich anders ontwikkeld dan leeftijdsgenootjes, dan is dat niet makkelijk. Zo ook voor de ouders van Joeri. Zij dachten dat het wel meeviel. “Het ligt niet aan Joeri, maar aan de andere kinderen…” Maar door je open te stellen voor het idee dat je kind extra zorg en ondersteuning nodig heeft, kan je de juiste zorg inschakelen die het verschil kan maken in het leven van zowel je kind als het hele gezin.
“Ze zeggen dat hij achterloopt in zijn ontwikkeling, maar mijn kind is volkomen normaal”, zegt de moeder van Joeri tegen de trajectbegeleider. Joeri is een jongen van net 3 jaar en op advies van de peuterspeelzaal en de jeugdgezondheidszorg aangemeld bij Integrale Vroeghulp. De peuterspeelzaal twijfelt of dit de juiste plek voor hem is. De ouders van Joeri maken zich geen zorgen, maar willen wel het beste voor hun kind.
Intakegesprek
Tijdens een uitgebreid intakegesprek neemt de trajectbegeleider de tijd om naar het verhaal van de moeder van Joeri te luisteren. “Joeri heeft nog geen interesse in andere kinderen, stopt voorwerpen in zijn mond en zijn taalontwikkeling loopt achter. Maar we gaan ervan uit dat dit nog wel komt.” Aan het eind van het gesprek aarzelt ze om toe te geven dat de babytijd eigenlijk niet zo rooskleurig was. De trajectbegeleider moedigt haar aan om hier toch over te praten. Ze vertelt dat ze veel stress had en er waren relatieproblemen. Joeri was in die tijd erg onrustig.
De trajectbegeleider stelt voor om Joeri te observeren op de kinderopvang. Moeder is hier blij mee; “ga maar eens kijken op de peuterspeelzaal, dan zie je dat het niet aan Joeri ligt maar aan de andere kinderen”.
Bespreking in het multidisciplinair team
De ouders van Joeri worden na de observatie uitgenodigd voor een multidisciplinair overleg. Er is onder andere een gedragsdeskundige aanwezig. Zij legt voorzichtig uit dat de ontwikkeling van Joeri ten opzichte van leeftijdsgenoten opvalt. Samen kijken ze naar wat Joeri nodig zou hebben om zich zo goed mogelijk te kunnen ontwikkelen.
Het team adviseert om Joeri aan te melden bij een gespecialiseerde opvang voor kinderen met een ontwikkelingsachterstand. De vroegbehandelgroep verbonden aan een Kinderdienstencentrum (KDC) lijkt het meest passend. Bij dezelfde organisatie kunnen de ouders Early Intervention aanvragen zodat zij ook thuis de ontwikkeling van Joeri kunnen stimuleren.
De gespecialiseerde GGZ kan gevraagd worden om onderzoek te doen naar de mogelijke gevolgen van de stressvolle babytijd. Het is voor de ouders een opluchting om te horen dat er behandeling mogelijk is voor de stress die Joeri heeft gevoeld. Eigenlijk waren zij hier toch wel een beetje bezorgd over.
Emotioneel alsook opluchting
De ouders zijn zichtbaar aangedaan over het advies voor een vroegbehandelgroep van het KDC. Ze gaan terneergeslagen naar huis. Een aantal dagen later belt de trajectbegeleider ze op. Inmiddels is duidelijk dat de peuterspeelzaal de plaatsing heeft beëindigd omdat het niet meer gaat met Joeri in de groep. De trajectbegeleider stelt voor om samen te gaan kijken bij het KDC. Er volgt een rondleiding en de ouders bespreken hun angsten en twijfels. Na nog een aantal gesprekken besluiten ze dat Joeri ingeschreven mag worden bij het KDC.
Wachtlijsten
De ouders van Joeri schrikken bij het horen van de lange wachtlijst. Vooral omdat zij ook al op de Integrale Vroeghulp moesten wachten. Joeri komt helaas thuis te zitten. Op dat moment zinkt de moed bij de moeder van Joeri haar in de schoenen. “Hoe lang kan ik hem nog zo thuis hebben? Hoe moet dat met mijn werk? Krijgt Joeri dan nog wel op tijd hulp zodat hij niet verder achter raakt?”
Samen met de trajectbegeleider kijken ze naar overbruggingszorg. Ook vragen zij of de hulp voor thuis snel ingezet kan worden. Er komt gelukkig deels een oplossing, maar ideaal is het niet. Moeder kan onbetaald verlof nemen in die periode. Ze heeft hierdoor wel tijd voor het traject bij de GGZ.
Op de goede plek
In de tussenliggende periode houdt de trajectbegeleider contact met de ouders. Op de dag dat Joeri start op het KDC, belt zij moeder op. Ze klinkt nerveus. ”Is dit écht het beste voor Joeri?” De trajectbegeleider stelt haar gerust, en wanneer zij na 3 weken nog eens contact opneemt krijgt zij een opgeluchte moeder aan de lijn. Joeri heeft het naar zijn zin en zegt zelfs al wat meer woordjes. “Hij zit nu op de goede plek, daar zijn we van overtuigd.”
Heeft u zorgen of vragen over de ontwikkeling van uw kind?
Het Integrale Vroeghulp team is een belangrijk aanspreekpunt voor de hulpverlening en vragen bij problemen in de ontwikkeling van uw kind. Neemt u contact op met het MEE Servicepunt via 088-7752000 of info@meezh.nl. Zij helpen u verder.