Cliëntondersteuner Astrid: ‘Ik wil juist nu zekerheid blijven bieden en contact houden’

Astrid Bleumer is cliëntondersteuner van mensen met een verstandelijke beperking van MEE en van gezinnen en mensen die via het meldpunt Bezorgd Delft bij haar terecht komen. Ook in coronatijd gaat de Kortdurende Intensieve Aanpak (KIA) onverminderd door. Hoe doet ze dat? Hoe ziet haarwerk eruit? “Juist nu wil ik de cliënten zekerheid blijven bieden.”

Astrid Bleumer zou een boek kunnen schrijven over haar werk. Ze is de steun en toeverlaat van tientallen gezinnen in Delft. Een drukke baan die haar veel voldoening geeft. Bij MEE is ze cliëntondersteuner voor mensen met een beperking met allerlei hulpvragen bij Delft Voor Elkaar. Zo helpt ze een alleenstaande moeder met het zoeken naar werk of een meneer met een lichamelijke beperking met de aanvraag voor een ander huis.

Daarnaast ondersteunt Bleumer bij Kortdurende Intensieve Aanpak (KIA) mensen die psychisch of financieel in de knoop zitten. Na een melding van buren, familieleden, huisartsen, wijkagenten of woningbouwverenigingen bij Meldpunt Bezorgd Delft komen ze na een hulpvraag-screening bij KIA terecht. Het gaat vaak over dreigende uithuiszetting, verwaarlozing, financiële problemen.

Orde in de chaos

Bleumer schept orde in de chaos. Ook in coronatijd. De praktische zaken, zoals een plan van aanpak maken, contact leggen met budgetbeheerder en voor gezinnen in nood fondsen aanvragen kan met thuiswerken gewoon doorgaan. Maar juist de vele huisbezoeken, het grootste deel van haar werk, liggen nagenoeg stil.

Voordat ze aan de slag kan, moet ze vertrouwen van cliënten zien te winnen. Huisbezoeken zijn daarin essentieel. “Mensen met wie ik te maken krijg, zijn vaak zorgmijders. Ze hebben al een hele geschiedenis van hulpverlening achter de rug. Ze zien mij als de zoveelste. Ze hebben hulp nodig, maar geloven er niet meer in. Het vertrouwen is weg; achterdocht heerst”, zegt Bleumer.

In het echt zien

Juist die nodige huisbezoeken zijn tijdens de lockdown nauwelijks mogelijk. Die hebben plaatsgemaakt voor videobellen. “Natuurlijk kun je een via een videoverbinding een gesprek voeren, maar je mist de non-verbale communicatie. Je kunt mensen niet recht in de ogen aankijken en ziet niet hoe ze zich bewegen in hun eigen omgeving. Het is een gemis.”

Daarom probeert Bleumer cliënten soms nog wel in het echt te zien, op anderhalve meer en in de buitenlucht. Laatst is ze een stuk gaan lopen met een nieuwe cliënt, een jongen van 21 jaar. Hij had zichzelf aangemeld met financiële problemen. “Soms is er meer aan de hand dan alleen die ene hulpvraag. Je zoekt altijd naar de vraag daarachter. Hij bleek geen netwerk te hebben en liep ook vast met werk. Ontmoetingen leveren zoveel meer informatie op dan een videocall.”

Kaartjes rondbrengen

Toch kunnen ook andere manieren van contact de mensen hoop bieden, weet Bleumer. Voornaamste in deze tijd is mensen laten weten dat ze er niet alleen voor staan. “Ik wil een lijntje blijven houden. Ik app om de paar dagen, bel elke week en videobel vaker dan normaal. Ik stuur soms een kaartje of breng er een rond”, zegt Bleumer.

En haar hulp gaat soms verder. Voor een geïsoleerde mevrouw – ze heeft geen netwerk, krant of tv – bewaart ze soms de krant en bij een verstandelijk beperkte meneer is ze langsgegaan voor een praatje aan de voordeur. “Ik moest hem toen vertellen over het coronavirus. Hij had geen idee.”

Creatief zijn

Bleumer houdt de contactmomenten voor zichzelf bij op een lijst. Ze vindt het heel belangrijk dat al haar hulp doorgaat en dat ze er voor mensen kan zijn. “We willen voorkomen dat er door corona vertragingen ontstaan. Zo moet een cliënte formulieren invullen en ondertekenen voor de aanvraag van haar uitkering. We hebben een werkplek gemaakt met een scherm, zoals het oude postkantoor. Soms moet je creatief zijn om alles door te laten gaan. Stilstaan is geen optie. Juist nu wil ik de cliënten zekerheid blijven bieden.”

“Niet alleen ontmoetingen, ook andere manieren van contact kunnen hoop bieden”, weet Astrid Bleumer. “Voornaamste in coronatijd is mensen laten weten dat ze er niet alleen voor staan.”

Tekst: Merijn van Grieken